Achtergrondinformatie | College van Zetters

Het College van Zetters was een gemeentelijk bestuurslichaam in Nederland dat tot taak had de burger te beschermen tegen de macht en mogelijke willekeur van de fiscus. Het college is in 1808 opgericht en heeft bestaan tot 1914.

Periode voor 1800

Voor 1800 kende Nederland veel uiteenlopende soorten belastingen, die van plaats tot plaats anders waren. Het ene dorp hief bijvoorbeeld belastingen over het aantal koeien dat iemand hield, terwijl in de naastgelegen stad een huiseigenaar belasting moest betalen over het aantal vensters en deuren van het huis dat hij bezat.

Nieuw belastingstelsel 1806

In 1806 werd in Nederland een nieuw belastingstelsel ingevoerd, om tot meer eenheid in de op te leggen belastingen te komen. Vanaf dat moment golden in alle provincies, steden en dorpen dezelfde belastingen, die op dezelfde voet en tegen dezelfde tarieven werden geheven. Dat wil zeggen dat bovenop een standaard rijksbelasting er een uniform systeem van mogelijke procentuele verhogingen was, in de vorm van accijnzen, personele belasting en grondbelasting.

Belastingdienst

Er kwam een nationale belastingdienst die de belastingen moest heffen en innen. Vanaf 1808 moest elke gemeente een College van Zetters hebben, dat in samenwerking met de belastinginspecteur ging vaststellen hoe de betreffende gemeentelijke grondbelastingschuld over de grondeigenaren zou worden verdeeld. Vanaf 1813 behoorde ook het vaststellen van de personele belasting tot hun taak.

Personele belasting

De personele belasting, ook wel personele omslag genoemd, was een belasting die door gemeenten werd geheven over de vertoonde welstand van de inwoners. Deze welstand werd 'afgelezen' aan de mogelijke huurwaarde van de woning, het aantal deuren en vensters, de inboedel, het aantal paarden en het aantal dienstboden.

Benoemen van Zetters

Tot zetters (ook wel 'verdelers' genoemd) werden belastingplichtige ingezetenen benoemd die goed op de hoogte waren van de plaatselijke situatie en van de persoonlijke omstandigheden van de belastingschuldige. Zetters werden benoemd door de commissaris van de koning op voordracht van de gemeenteraad. Zij haden zitting voor een periode van vier jaar. Vaak waren raadsleden tevens lid van het College van Zetters.

Verschuldigde belasting en in beroep gaan

Iedere zetter kreeg een deel van het grondgebied van de gemeente toegewezen en was voor zijn sectie verantwoordelijk voor het omslaan van de grondbelasting over de grondeigenaren en het vaststellen van de verschuldigde personele belasting. De zetters hielden daarvan registers bij en werkten samen met de inspecteur van de directe belastingen en de plaatselijke ontvanger. De burgemeester was verantwoordelijk voor het bijeenroepen van de zetters. Als landeigenaren, pachters of huizenbezitters het niet eens waren met de door de zetters uitgebrachte taxatie, konden zij bij de burgemeester in beroep gaan.

Het College van Zetters is opgeheven bij wet van 13 mei 1927, uit oogpunt van bezuiniging.


Persbericht College van Zetters

Amersfoortsche Courant, 23-10-1857.

Persbericht College van Zetters

Hoornsche Courant, 10-10-1868.

Persbericht College van Zetters

Onze courant, 26-07-1924.

Persbericht College van Zetters

De Haarlemsche Courant, 16-06-1927.