Achtergrondinformatie | Beroep porder

Porder, 1939

Een porder aan het werk.

Historisch beroep

Een porder was iemand die 's morgens vroeg langs de deuren ging om mensen te wekken. Hij deed dit meestal door met een korte of lange stok op de deur of tegen het slaapkamerraam te tikken (porren). Dit historische beroep speelde een belangrijke rol in de tijd dat er nog geen elektriciteit en geen moderne wekkers waren. Met name in de steden kon men veel porders vinden.

Ontstaan van het beroep

Het beroep ontstond in de achttiende eeuw tijdens de Industriële Revolutie. Met de opkomst van de fabrieken was het van groot belang dat de arbeiders leefden volgens het regime van de klok en op tijd op het werk kwamen. Al snel schakelden de fabrieken porders in om tegen betaling de arbeiders wakker te maken.

Het werk van een porder

Een porder liep een woonwijk af en had gemiddeld dertig tot honderd klanten. Hij sloeg met een soort hengelstok tegen het slaapkamerraam van de arbeider om deze wakker te maken. Als de huizen eigendom waren van de fabrieksbaas gebeurde het dat de porders zelfs de huissleutels kregen van de adressen waar ze langsgingen. Als de arbeiders dan niet uit bed kwamen, konden de porders naar binnengaan.
Het werk van een porder was fysiek veeleisend. Ze werkten op onregelmatige tijden, liepen lange afstanden, leverden veel inspanning bij het slaan met de lange stokken en werkten onder alle weersomstandigheden. Desondanks waren er ook vrouwen die het beroep van porder hadden, vooral weduwes die het niet breed hadden in tijden zonder pensioenen en verzekeringen.

Verdiensten

In het begin van de ‘pordertijd’ was het beroep voor die tijd behoorlijk winstgevend. Porders hadden zoals gezegd dertig tot honderd klanten, die elk een vergoeding van zeven cent per week betaalden. Later liepen zowel het aantal klanten als de vergoedingen terug. Als een porder ziek werd of niet kon werken, had hij geen inkomen.

Vervangen door de wekker

In de jaren dertig van de vorige eeuw werden moderne wekkers steeds beter betaalbaar. Voor een fabriekseigenaar werd daarmee de aanschaf van wekkers lucratiever dan het inhuren van een porder. In die periode waren er in Amsterdam nog slechts drie porders actief. Kort na de Tweede Wereldoorlog kwam er een einde aan het beroep van porder.

Porder, 1939

Algemeen Handelsblad, 05-11-1939.