Home  | G.H. Lückens  | Modelleerwerk  | Tekeningen  | Werk divers  | Sitemap  | 

Groote vuurzee te Hoorn.

De voormalige
kazerne in vlammen.

Fantastisch schouwspel.

Een brand, zoals Hoorn reeds in jaren niet heeft meegemaakt, heeft in de vroege ochtenduren van heden een groot deel van het complex der voormalige kazerne alhier in de asch gelegd.

Het was tegen vijf uur, dat de luchtwacht op de Oosterkerk in de omgeving van de Veemarkt een rooden vuurgloed waarnam en direct de politie alarmeerde, welke - evenals de brandweer - spoedig ter plaatse was. Het vuur, dat vermoedelijk was ontstaan in de W.A.C.O.-garage, welke in een vleugel van het gebouwencomplex is ondergebracht, had toen echter reeds zoo'n grooten omvang aangenomen, dat met de middelen, welke men voorloopig ter beschikking had, niet aan blusschen viel te denken. Weldra sloegen de vlammen uit het dak van het drie verdiepingen hooge pand, de omgeving in laaiende gloed zettend, terwijl een ware vonkenregen, welke door den oostenwind over een gedeelte van de stad werd gevoerd, het ergste deed vreezen.

Toen wij ons te ruim half zes naar het terrein van den brand begaven, was de vuurgloed boven de huizen reeds van verre zichtbaar en eenmaal ter plaatse gearriveerd, overtuigde een enkele blik ons van den ernst van den toestand. Het vuur, dat zijn oorsprong had gevonden in 't oostelijk gedeelte van het hoofdgebouw, dat naar schatting wel een 30 meter lang is en 9 meter breed, vond in de W.A.C.O.-garage direct gretig voedsel.

Groot aantal auto's verbrand.
In deze garage namelijk waren verscheidene auto's ondergebracht, welke niet meer uit de vuurzee waren te redden. Naar wij vernamen, bevonden zich in dit gedeelte van het gebouw vier luxe auto's van de WACO, benevens twee vrachtauto's, welke voor enkele dagen terug door den heer Post waren aangeschaft en die nog niet waren verzekerd. Verder stond hier de luxe auto van dr.Baesjou, welke mede een prooi der vlammen is geworden, evenals de luxe wagens van tandarts Stapel en van den heer Kuiper uit de Schoutenstraat, die zich in naast de kazerne gebouwde boxen bevonden.

Er was geen tijd meer geweest om deze auto's te redden: alleen die wagens, welke in de garage van den heer Ott stonden, aan de voorzijde van het gebouw, konden tijdig naar buiten worden gereden.

Moeilijke taak voor de brandweer.
Inmiddels plaatste de vuurzee aan de achterzijde van het gebouw, mede door het zeer brandbare materiaal - er lag o.m. een groote voorraad houtblokken voor de gasgeneratoren van de autobussen opgeslagen - en aangewakkerd door den fellen wind, zich met groote snelheid voort en de Hoornsche brandweer, welke met volledig materiaal was uitgerukt, stond hier wel voor een zeer moeilijke taak, nog des te moeilijker, omdat door de felle vorst het bluschwater, dat nu van den verschillende zijden door de vlammenzee werd gespoten, al spoedig tot ijs werd. Ook de uniformen der brandweerlieden waren reeds spoedig met een ijslaag bedekt en dit maakte het werken er nu juist niet aangenamer en gemakkelijker op.

Vooralsnog hadden de vlammen althans vrij spel en reeds een half uurtje na het ontdekken van den brand had het vuur zijn vernietigingswerk uitgebreid tot de lokalen van de afd. Hoorn van den Arbeiderssportbond, welke boven de garage waren gelegen en waarin zeer veel materiaal, vaak moeizaam verworven, aan de vlammen ten prijs viel. Het meest valt wel te betreuren, dat een viertal billards in de billardzaal verloren ging, om dan nog maar niet te spreken van de toneelrequisieten en ander bezittingen.

Daarbij komt nog, dat men ook van een onderdak is verstoken en dat het heel moeilijk zal zijn, ook al weet men weer eenig materiaal bijeen te brengen, om hierin te voorzien.

Gevaar voor uitbreiding.
Reeds schreven wij welk een fantastischen aanblik dit machtige vuurwerk opleverde. Omwonenden waren in hun slaap gewekt door het knallen van de benzineblikken en dat was maar goed ook, want het gevaar voor uitbreiding was werkelijk niet denkbeeldig. Een regen van vonken woei over de huizen aan de Baanstraat, over hotel Soper en het daarnaast gelegen café van de wed. Groot.

De brandweer, welke onder leiding stond van den opperbrandmeester Cramer, had al haar slangenmateriaal uitgelegd en aangesloten op de waterleiding, waardoor het kon gebeuren, dat het eenigen tijd duurde, voor en aleer de motorspuit water gaf. Hiervoor moest trouwens een brandbijt worden gehakt in den singel nabij de nieuwe telefooncentrale, dus op tamelijk grooten afstand van den brand, waarbij men met de aankoppeling van een nieuw gedeelte slang nog eenigen hinder ondervond. Toen echter de verbinding eenmaal tot stand was gekomen, gaf de spuit ook direct water en werd het vuur van alle zijden aangetast, waarbij de uitgeschoven Magfrosladder goede diensten bewees. Het had er echter allen schijn van, dat de vlammen niet meer in hun loop waren te stuiten en zeker zou men er machteloos tegenover hebben gestaan, zoo niet een stevige brandmuur, halverwege in het gebouw aangebracht, voor het vuur tijdelijk een onoverkomelijk beletsel vormde om verder door te dringen. Kon het echter niet door dezen muur, het kon er wel overheen en via het dak werd nu ook het westelijke gedeelte aangetast, doch deze handicap voor het vuur betekende tevens de overwinning voor de brandweer, want nu wist men den brand voor dit gedeelte tot den zolder en de bovenste verdieping te beperken. Omstreeks kwart voor zeven kon men zeggen, dat het gevaar voor uitbreiding was geweken, al laaiden de vlammen af en toe nog fel op. De omwonenden haalden weer iets ruimer adem en zienderoogen nam de brand af en kon men zich tot de nablusschen beperken. Toen het begon te dagen, was er van het groote pand niet veel meer over dan een troostelooze en uitgebrande ruïne, waaraan door de neerhangende ijspegels een sprookjesachtig cachet werd verleend. Wij vernemen, dat ook een aantal fietsen door het vuur is verteerd, benevens een partijtje kaas enz., door den heer Ruiter van de Turfhaven alhier opgeslagen. Het gebouw zelf was eigendom van den heer J. B. Post en was verzekerd. De totale schade kan nog moeilijk worden geraamd, doch is zeer belangrijk.

Vermelden wij nog dat op het terrein van den brand o.m. aanwezig waren de Burgemeester van Hoorn, mr. H. C. Leemhorst en de heer Gorter, commissaris van de politie. De nieuwsgierigen werden door de politie op een afstand gehouden.

De oorzaak. 
Naar wij later van bevoegde zijde vernemen, is het geenszins zeker, dat het vuur in de W.A.C.O.-garage zou zijn aangekomen, want na den vorigen dag des middags vier uur heeft het personeel deze garage niet meer betreden. De lokalen van den Arbeiderssportbond, welke er hier vijf in gebruik had, n.l. een billard-, een gymnastiek- en een toneelzaal, benevens een bergplaats voor requisieten en nog een kleiner zaaltje, zijn eerst tegen 's avonds elf uur ontruimd, op welk tijdstip nog een kachel brandde, zoodat het niet uitgesloten moet worden geacht, dat hier de oorzaak is gelegen.

Hoewel het waarschijnlijk aan critiek op de brandweer niet zal ontbreken, mag hier toch aan de leden van het corps wel een woord van hulde worden gebracht voor de wijze, waarop zij bij hun werk de koude hebben getrotseerd en trotseeren, want de nablussching zal nog geruimen tijd in beslag nemen.